Journalist Mick Boskamp schrijft over verslaving en de rol die de verslavingszorg van Castle Craig in zijn leven heeft gespeeld. In Nederland biedt Castle Craig ambulante verslavingszorg aan in de vorm van dagbehandeling, individuele therapie en groepstherapie.
Het is zaterdagavond 18 juni en we bevinden ons in de Ziggo Dome in Amsterdam waar het dak eraf gaat bij de laatste van de drie optredens van Doe Maar in deze toplocatie.
De verschrikkelijkste en tegelijkertijd mooiste periode
Gast van de avond Kenny B staat op het podium en zingt de song ‘55446 Is Mijn Nummer’. Op een groot scherm komt de zanger close in beeld met rechts achter hem mijn vriend. Als elke klap een daalder waard is, dan zou René van Collem allang miljonair zijn geweest. Je zou het niet zeggen, maar deze super bescheiden, piepjonge vijftiger is een beest van een drummer. En zoals altijd als ik hem zo zie stralen op een podium, raak ik ontroerd. Want dit is een film, een film met een hoofdpersoon die uit een diep dal omhoog is geklauterd, die 6 jaar geleden na ettelijke, mislukte pogingen in herstel is gegaan en in herstel is gebleven.
Waarom de tranen ook in mijn ogen staan, is omdat mijn gedachten teruggaan naar het voorjaar van 2013, misschien wel de verschrikkelijkste en tegelijkertijd mooiste periode in mijn leven.
Misschien was Castle Craig wel de place to be voor mij
Ik denk terug aan die wandeling die ik met René door de waterleidingduinen van Zandvoort maakte. Hij had me van mij bed gelicht. Ik kon niet meer. Ik zat geestelijk totaal aan de grond. Een paar maanden daarvoor was ik gestopt met drugs en nu begon ik voor het eerst in jaren te voelen wat ik al die tijd door ‘zelfmedicatie’ had weggestopt en trok een leven aan me voorbij, waarvan ik opeens de troep zag die ik om me heen had gemaakt.
René vertelde me dat er misschien grover geschut aan te pas moest komen om me weer op de been te krijgen. Zelf was hij ooit naar Castle Craig geweest in Schotland, aanvankelijk voor een periode van 7 maanden, maar omdat zijn moeder ernstig ziek werd, moest hij de opname al na 7 weken staken. Maar die 7 weken waren in ieder geval genoeg geweest om tot de conclusie te kunnen komen dat dit misschien wel de place to be was voor mij.
Na de laatste toegift van Doe Maar staan de vier bandleden naast elkaar om het ovationele applaus in ontvangst te nemen en maken ze een buiging. In gedachten doe ik hetzelfde. Voor de vriend en fellow die misschien wel mijn leven heeft gered.